LITERATUUR

LITERATUUR

LIJST VAN VERMELDE LITERATUUR

Adriaens R., Ronchi B., Mertens G., Hollanders S., Elsen J., Dusar M. and Vandenberghe N., 2017. Halloysite occurrence at the karstified contact of Oligocene sands and Cretaceous calcarenites in Hinnisdael quarries, Vechmaal (NE of Belgium). Geologica Belgica, Volume 20, number 1-2, 43-52. PDF

Archiac E.J.A.D., 1864. Introduction à l'étude de la paléontologie stratigraphique, Volume 2. Paris F. Savy , Éditeur, 616 p. PDF

Bakels C., 2008. Planten in de steentijd. In: De steentijd van Nederland. DANS, pp 67-79. PDF

Beuker J.R. and Drenth E., 2014. Prehistoric artefacts of red Heligoland flint from Lower Saxony (Germany) and the Netherlands – an outline. Siedlungs- und Küstenforschung im südlichen Nordseegebiet (SKN), 37 113-124. PDF

Bos J., 2014. Het genus Plinthosella (sponzen) Waarom de rammelspons rammelt. Grondboor & Hamer, Volume 68 - Issue 1, p. 18- 21. PDF

Bromley R.G., Schulz M. and Peake N.B., 1975. Paramoudras: Giant flints, long burrows and the early diagenesis of chalks. Det Kongelige Danske Videnskabernes Selskab, Copenhagen, 53 p. PDF

Brounen, F.T.S. and Peeters H., 2001. Vroeg-neolithische vuursteenwinning en -bewerking in de Banholtergrubbe (Banholt, gem. Margraten). Archeologie no. 10, 133-149. PDF

Brounen, F.T.S. and Ploegaert P., 1992. A tale of the unexpected: Neolithic shaft mines at Valkenburg aan de Geul (Limburg, the Netherlands). Analecta Praehistorica Leidensia 25, 189-223. PDF

Buckland W., 1817. XXV. Description of the Paramoudra, a singular fossil body that is found in the Chalk of the North of Ireland; with some general Observations upon Flints in Chalk, tending to illustrate the History of their formation. Transactions of the Geological Society of London, S1, 4, 413-423.

Buurman P., 1971. Verkiezelingsverschijnselen bij belemnieten uit het Zuidlimburgse krijt. Verkiezelingsverschijnselen bij belemnieten uit het Zuidlimburgse krijt. Grondboor & Hamer, 25(1), 13–18. PDF

Buurman P., 1972. Mineralization of fossil wood. Scripta Geol., Vol. 12, part 2, pp 1-43. PDF

Buurman, P., Boekschoten, G.J. and Koster, Y.,1975. Allophane and its initial crystallization products as concretions in the South Limburg chalk, Geol. en Mijnbouw 54, 36-42.

Buurman P., Jongmans A.G., Broekhuizen J. and Miedema R., 1985. Genesis of the flint eluvium and related beds in South Limburg, The Netherlands. Geologie en Mijnbouw 64: 89-102. PDF

Campbell C.V., 1967. Lamina, Laminaset, Bed and Bedset. Sedimentology, 8, 7-26.

Cowell M.R., 1981. The archaeological and geochemical implications of trace element distributions in some English, Dutch and Belgian Flints. Staringia 1, 6, 81-84. PDF

DeCelles P.G. and Gutschick R.C., 1983. Mississippian wood-grained chert and its significance in the western interior united states. Journal of sedimentary petrology, vol. 53, no. 4, p. 1175-119.

Deeben J., Drenth E., Oorsouw M-F. van en Verhart, L., 2008. De steentijd van Nederland. DANS, 365 p. PDF

De Winter N.J., Vellekoop1 J., Vorsselmans R., Golreihan A., Soete J., Petersen S.V., Meyer K.W., Casadio S., Speijer R.P. and Claeys P., 2018. An assessment of latest Cretaceous Pycnodonte vesicularis (Lamarck, 1806) shells as records for palaeoseasonality: a multi-proxy investigation.Clim. Past, 14, 725–749. PDF

Didden J.M., 1996. Tektoniek, karst en speleothemen in de kalksteen van het laat-maastrichtien van zuid-limburg. Natuurhistorisch maandblad, 85-4, 72-82. PDF

Drupsteen K.R.H., 1977. Vuursteenfossielen uit Drenthe. Grondboor & Hamer, 31(1), 25–30. PDF

Dusar M., Dreesen R., Indeherberge L., Defour E. and Meuris R., 2011. The origin of ‘tauw’, an enigmatic building stone of the Mergelland: a case study of the Hesbaye region, southwest of Maastricht (Belgium). Geologie en Mijnbouw, 90, 2-3, 239 – 258. PDF

Dusar M., Lagrou D. and Debacker T., 2015. Hoofdstuk 2 boven-Paleozoïcum tot Mesozoïcum. In: Geologie van Vlaanderen, Michael Borremans, editor en coördinator, Gent, Academia Press, XII + 492 p., 90, 2-3, 58 - 98. PDF

Engelen F.H.G., 1975. 2500 jaar winning van kalksteen in Zuid-Limburg. Grondboor & Hamer, 29(2), 39–64. PDF

Etheridge R., 1893. On the occurrence of Beekite in connection with “fossil organic remains” in New South Wales. Records of the Australian Museum 2(5): 74–76, plate xvi. PDF

Felder P.J., 1971. Een vuursteen-rolsteen uit de Maastrichtse kalken. Grondboor & Hamer, vol 25, nr. 4 p. 88-90. PDF

Felder P.J., 1975. Zusammenhänge zwischen Feuerstein und dem Sediment in den Limburger Kalken aus dem Campan-Maastricht. Staringia No 3, NGV: 1-22. PDF

Felder P.J., 1981. Correlatie van de ontgonnen vuursteenlagen uit Ryckholt-St.Geertruid met vuursteen-lagen uit de type-lokaliteiten, doormiddel van meso-fossielen. Staringia, nr 6, 28-30. PDF

Felder P.J., 1989. Vuursteen, definitie en ontstaan. Grondboor en Hamer, jrg. 43, no. 5/6, p. 205-206. PDF

Felder P.J., Bless M.J.M and Meessen J.P.M.Th., 1985. Bioklasten, ostracoden en foraminiferen in het Campanien en Maastrichtien van Zuid-Limburg en noord-oost België. Grondboor en Hamer, no. 6, p. 163-198. PDF

Felder P.J., Keppens E., Declercq B., Normand S. and Streel M., 2003. Faunal/floral and isotopic responses to Milankovitch precession cycles and environmental changes in the upper Gulpen Formation (Upper Maastrichtian) at the CBR-Lixhe and ENCI-Maastricht bv quarries. Netherlands Journal of Geosciences, Volume 82, Special Issue 3, pp. 275-281. PDF

Felder W.M., 1961. Verkiezeld hout in het krijt van zuid Limburg en de aangrenzende Belgische en Duitse grensstreek. Grondboor & Hamer, vol 15, nr. 4, 293-321. PDF

Felder W.M., 1971a. Een bijzondere vuursteenknol. Grondboor & Hamer, vol 25, nr2, 30–38. PDF

Felder W.M., 1971b. Bijdrage tot de kennis der genese van de vuursteenhorizonten. Grondboor & Hamer, vol 25, nr 3. 78–89. PDF

Felder W.M., 1976. Sedimentatie-cyclothemen in de kalkstenen uit het Boven-Krijt van Zuid-Limburg. Grondboor & Hamer, 30(1), 32–40. PDF

Felder W.M., 1977. De stratigrafische plaats van de 'Kunrader Kalksteen' in het Boven-Krijt van Zuid-Limburg. Grondboor & Hamer, 31(6), 163–172. PDF

Felder W.M., 1978. Ontsluitingen van de Kunrader Kalksteen, deel I. Grondboor & Hamer, 32(4), 86–121. PDF

Felder W.M., 1980. Merkwaardige vuursteenknollen en graafgangen uit het Boven Krijt van Zuid-Limburg. Grondboor & Hamer, vol 5, 142–154. PDF

Felder W.M., 1981. De stratigrafische plaats van de vuurstenen in het prehistorische mijnveld van Rijckholt – St. Geertruid. Staringia, 6(1), 25–28. PDF

Felder W.M., 1983. De kalksteengroeve van de cementfabriek Ciments Portland Liegeois bij Halembaye, gem. Visé, prov. Luik, België. Grondboor en Hamer, 5, 122-138. PDF

Felder W.M., 1987. Wankelt de in gebruik zijnde lithostratigrafie van het boven-krijt in zuid-limburg? Grondboor & Hamer, nr 3/4, 53–63. PDF

Felder W.M. and Bosch P.W., 1998a. Geologie van de St. Pietersberg bij Maastricht. Grondboor & Hamer, vol 52, nr. 3, 53–64. PDF

Felder W.M. and Bosch P.W., 1998b. Vuurstenen in de St. Pietersberg. Grondboor & Hamer, vol 52, nr. 3, 65-70. PDF

Felder W.M. and J. Meessen, 1958. Karstverschijnselen op een storing in het Maastrichts krijt. Grondboor en Hamer, 59, 214-219. PDF

Fernandes P. and Raynal J.P., 2006. Pétroarchéologie du silex : un retour aux sources. C. R. Palevol 5, 829–837. PDF

Fiers G., De Kock T., Halbrucker E., Crombé P. and Cnudde V., 2017. Preliminary experimental insights into flint characteristics and patination using micro-CT. Proceedings: 3rd International Conference on Tomography of Materials and Structures, 2p. PDF

Geerts D., 2013. De karakterisatie van vuursteen uit Spiennes (BE) en Rijckholt-St. Geertruid (NL). Bachelor paper, faculteit letteren onderzoekseenheid archeologie, KU Leuven, 70 p. PDF

Gijn van A.L., 1990. The wear and tear of flint: principles of functional analysis applied to Dutch Neolithic assemblages, Analecta Praehistorica Leidensia 22, 181 p. PDF.

Glauberman P.H. and Thorson R.M., 2012. Flint Patina as an Aspect of “Flaked Stone Taphonomy”: A Case Study from the Loess Terrain of the Netherlands and Belgium. Journal of Taphonomy, vol 10-1, 21-43. PDF

Götze J., Möckel R., Langhof N., Hengst M. and Klinger M., 2008. Silicification of wood in the laboratory. Ceramics − Silikáty 52, (4) 268-277. PDF

Grabau A. W., 1903. Paleozoic coral reefs. Geological Society of America Bulletin, 14(1), 337–352.

Grooth de M.E.T., 2011. Distinguishing Upper Cretaceous flint types exploited during the Neolithic in the region between Maastricht, Tongeren, Liège and Aachen. Archäologische Berichte, Band 22, 107-130. PDF

Hofker, J., (1966): Maestrichtian, Danian and Paleocene foraminiferea. - Palaeontographica, supl. Band 10. Stuttgart.

Holdaway H.K. and Clayton C.J., 1982. Preservation of shell microstructure in silicified brachiopods from the Upper Cretaceous Wilmington Sands of Devon. Geological Magazine, Volume 119, Issue 4, pp. 371 - 382.

Howard C.D., 2002. The Gloss Patination of Flint Artifacts. Plains Anthropologist, Vol. 47, No. 182, pp. 283-287.

Hurst V.J. and Kelly A.R., 1961. Patination of Cultural Flints. Science, Volume 134, Number 3474, pp. 251-256.

IJzendoorn van M.W. and Verpoorte A., 2015. Een Grand-Pressigny-krabber uit Eibergen (Gelderland), Westerheem 65(2): 66-70. PDF

Jakobsen F., Lindgreen H. and Nytoft H.P., 2014. Oil-impregnated flint in Danian chalk in the Tyra field, North Sea central graben. Journal of Petroleum Geology, Vol. 37(1), pp 43-54.

Jagt J.W.M., Jagt-Yazykova E.A.and. Schins W.J.H., 2011. A tribute to the late Felder brothers – pioneers of Limburg geology and prehistoric archaeology; introduction. Netherlands Journal of Geosciences, 90, pp 65-71.

Jefferson T.H., 1987. The preservation of conifer wood: Examples of the lower Cretaceous of Antarctica. Paleontology, Vol. 30, part 2, pp 233-249.

Jelby M. E., Thibault N. R., Surlyk F., Ullmann C. V., Harlou R., & Korte C., 2014. The lower Maastrichtian Hivdskud succession, Møns Klint, Denmark: calcareous nannofossil biostratigraphy, carbon isotope stratigraphy, and bulk and brachiopod oxygen isotopes. Bulletin of the Geological Society of Denmark, 62, 89-104. PDF

Johnson L.L., 1978. A History of Flint-Knapping Experimentation, 1838-1976. Current Anthropology Vol. 19, no. 2, 337-372. PDF

Judd J.W., 1888. On the unmaking of flints. Proceedings of the Geologists' Association, Volume 10, Issues 5–6, pp 217-226

Juvigné, E., 1992. Les formations cénozoïques de la carrière C. B. R. du Romont (Eben,/Bassenge, Belgique). – Ann. Soc. Géol. Belg., 115, 159–165. PDF

Karpati Smidroczki E., Büki A. and Zrinyi M., 1995. Pattern forming precipitation in gels due to coupling of chemical reactions with diffusion. Colloid Polym Sci 273, p. 857-865. PDF

Kelly A.R. and Hurst V.J., 1956. Patination and Age Relationship in South Georgia Flint. American Antiquity, Vol. 22, No. 2, pp. 193-194

Keutgen N., 2018. A bioclast-based astronomical timescale for the Maastrichtian in the type area (southeast Netherlands, northeast Belgium) and stratigraphic implications: the legacy of P.J. Felder. Netherlands Journal of Geosciences — Geologie en Mijnbouw, 97 – 4, 229–260. PDF

Kiers L. and Niekus M., 2016. Oppervlakteveranderingen (inclusief brandsporen) op vuurstenen artefacten. In: Nederlandse Archeologische Rapporten 50 Vuursteen verzameld. Over het zoeken en onderzoeken van steentijdvondsten en -vindplaatsen, 497 p, 33 – 35. PDF

Kloprogge T. and Pronk M., 2001. De vele onbekende kanten van klei: III. Halloysiet-voorkomens in cryptokarsten in het gebied tussen de Sambre en de Maas, Zuid-België. GEA, 34(2), 55–58. PDF

Klug C., Di Silvestro G., Hoffmann R., Schweigert G., Fuchs D., Clements T. and Gueriau P., 2021. Taphonomic patterns mimic biologic structures: diagenetic Liesegang rings in Mesozoic coleoids and coprolites. PeerJ., 9:e10703, 24 p. PDF

Knippenberg S. and Zijlstra J.J.P., 2008. Chert sourcing in the northern Lesser Antilles. The use of geochemical techniques in discriminating chert materials. In: Hofman C.L., Hoogland M.P.L., Gijn A.L. van (Eds.) Crossing the borders: new methods and techniques in the study of Archaeological materials of the Caribbean. Tuscaloosa: University of Alabama Press, 43 -65. PDF

Kolfschoten Van T., 1993. The mammal fauna from the interglacial deposits at Maastricht-Belvédère. Meded. Rijks Geol. Dienst, 47, p. 51-60. PDF

Kooijmans L. P. L., 2009. Van jager tot boer in Nederland. Argos nr. 41, pp 8-14. PDF

Krook M., 2022. Vuursteenfossielen in Zuidwolde. kwartaalblad ‘Het Drentse Landschap’ nr.116, pp 32-33. PDF

Krook M., 2023. Vuursteenfossielen van Zuidwolde, Drenthe, ijstijdzwervers uit Noord-europa. Druk in eigen beheer, Zuidwolde, 207 p.

Kruyk de H., 2009. Verwering van Vuursteen. Grondboor & Hamer nr 5, 129-133. PDF

Kruyk de H. and Timmer J., 2009. Nieuwe inzichten in onderzoek naar de herkomstgebieden van vuursteen. Slideshow 62 slides. PDF

Lacroix A., 1901. Minéralogie de la France et de ses colonies, tome trosième. Librairie Polytechnique, CH. Béranger, éditeur, 400 p. ET DE SES COLONIES: post-Dinantiaan. Studie uitgevoerd in opdracht van ANRE, 34 p. PDF

Laenen B., 2002. Lithostratigrafie van het pre-Tertiair in Vlaanderen Deel I: post-Dinantiaan. Studie uitgevoerd in opdracht van ANRE, 34 p. PDF

Lauwerier R.C.G.M., Kolfschoten Van T. and Wijngaarden-Bakker Van L.H., 2008. De archeozoologie van de steentijd. In: De steentijd van Nederland. DANS, pp 39-66. PDF

Liesegang R.E., 1896. Uber einige Eigenschaften von Gallerten. Naturwissenschaftlicher Wochenschrift. Band XI, Nr. 30, p 353-363. PDF

Liesegang R.E., 1910. Trocknungserscheinungen bei Gelen. In: Gedenkboek aangeboden aan J.M. van Bemmelen, 1830-1910 /, [ingeleid door W.P. Jorissen (secretaris-red.) ; samengesteld door H.A. Lorentz (voorzitter) en anderen] xxix, 461 pagina's, 33 – 35. PDF

Lindgreen H., Drits V.A., Salyn A.L., Jakobsen F. and Springer N., 2011. Formation of flint horizons in North Sea chalk through marine sedimentation of nano-quartz. Clay Minerals, 46, 525–537.

Lodders K., 2003. Solar system abundances and condensation temperatures of the elements. The Astrophysical Journal, 591:1220–1247. PDF

Lynn, M., 2010. Flint Knapping: Articles, Tips, and Tutorials from the Internet, 218 p. PDF

Matthijs J. and Lagrou D., 2010. Opbouw van een geologisch 3D-lagenmodel: de lithostratigrafische indeling van de afzettingen uit het Krijt. Rapport: Departement Omgeving. Afdeling Vlaams Planbureau voor Omgeving, 22 p. PDF

McBride E.F., Abdel-Wahab A. and El-Younsy A.R.M., 1999. Origin of spheroidal chert nodules, Drunka Formation (Lower Eocene), Egypt. Sedimentology, 46, p. 733 - 755. PDF

McKenny Hughes T.M., 1889. On the manner of occurrence of Beekite and its bearing upon the origin of Siliceous Beds of Palæozoic Age. Mineralogical magazine and journal of the Mineralogical Society, Volume 8 , Issue 40 , pp. 265 - 271.

Modderman P.J.R., 1980. De verspreiding van Lousberg vuursteen in Nederland en België. Westerheem, 29, 216-219. PDF

Molenaar N. and Zijlstra J.J.P., 1997. Differential early diagenetic low-Mg calcite cementation and rhythmic hardground development in Campanian-Maastrichtian chalk. Sedimentary Geology 109, 261-281. PDF

Montagne D.G., 1971. Vuursteen in alle tijden. Grondboor & Hamer, vol 25, nr. 3, 133–148. PDF

Niekus M.J.L.Th and Stapert, D., 2008. Het midden-paleolithicum in Noord-Nederland, in: De steentijd van Nederland (Archeologie nr.11/12), pp. 91-118. PDF

Nillesen J.H.M., 1989. Een bijdrage tot de kennis van het kalkbranden in Zuid-Limburg. Grondboor en Hamer, jrg. 43, no. 5/6, p. 185-194. PDF

Peeters H., 2001. Een verhitte discussie over vuursteen, of een discussie over verhitte vuursteen? Enkele opmerkingen over de intentionele en accidentele verhitting van vuursteen. Archeologie no. 10, 169-175. PDF

Olausson, D., 2010. Experimental Flintknapping Replication-A Valuable Method of Archaeological Analysis. In: H. Nami Ed.; Experiments and Interpretation of Traditional Technologies: Essays in Honor of Errett Callahan, 37-56. PDF

Pawlewicz, M.J., Steinshouer, D.W., Gautier, D.L., 2002, Map showing geology, oil and gas fields, and geologic provinces of Europe including Turkey: U.S. Geological Survey Open-File Report 97-470-I, 14 p. PDF

Polman S.P., 1996. Bijlfragmenten van Romigny-Lhéry-vuursteen voor het eerst in Nederland. Archeologie in Limburg, 67, 1-5. PDF

Postma L. and de Vries L. 2000. Geen demasqué van vermaning-vuurstenen. Archeoforum 4, 74-85. PDF

Rademakers P.C.M., 1995. Hystrichosphaeridae in de vuursteenhorizonten van de Kalksteen van Lanaye (Formatie van Gulpen) van het Maastrichtien in Zuid-Limburg en aangrenzend Belgisch gebied. Grondboor en Hamer nr.6, 130–139. PDF

Rademakers P.C.M., 1998. Geologische orgelpijpen. Grondboor en Hamer, 3, 71-78. PDF

Reich M. and Frenzel P., 2002. Die Fauna und Flora der Rügener Schreibkreide (Maastrichtium, Ostsee). Ges. für Geschiebekunde, 211 p. PDF

Rensink E., 2008. Het midden-paleolithicum in Zuid-Nederland, in: De steentijd van Nederland (Archeologie nr.11/12), pp. 119-141. PDF

Rho J., Gomez H.L., Boogert A., Smith M.W.L., Lagage P.O., Dowell D., Clark C.J.R., Peeters E. and Cami J., 2018. A dust twin of Cas A: cool dust and 21μm silicate dust feature in the supernova remnant G54.1+0.3. Monthly Notices of the Royal Astronomical Society, Volume 479, Issue 4, Pages 5101–5123. PDF

Rottländer R., 1976. Some aspects of the patination of flint. Staringia 1-3, 54 - 56. PDF

Schins W.J.H and Buurman P.J., 1981. Silicification phenomena in fossil Belemnite guards. Staringia, nr 6, 22-25. PDF

Schmalz R.F., 1960. Flint and the Patination of Flint Artifacts. Proceedings of the Prehistoric Society, Volume 26, pp. 44-49

Schrammen A.,1910. Die Kieselspongien der oberen Kreide von Nordwestdeutschland, I Teil, Tetraxonia, Monaxonia und Silicea incert. E. Schweizerbart'sche Verlagsbuchhandlung, Stuttgart, 385 p., 45 Tafeln. PDF

Schuiling, R.,1990. Geochemical engineering: some thoughts on a new research field. Applied Geochemistry, Vol. 5 - 3, 251-262.

Scurfield G. and Segnit E.R., 1984. Petrifaction of wood by silica minerals. Sedimentary Geology, 39, 149-167.

Simon E., 1998. Brachiopoden. Grondboor & Hamer nr. 4/5, p 130-133.

Sharbaugh A.H. and Sharbaugh A.H., 1989. An experimental study of the Liesegang phenomenon and crystal growth in silica gels. Journal of Chemical Education. Volume 66, Number 7, p 589-594.

Stapert D.J., 1976a. Pseudo-artefakten. Staringia 1-3, 57-62, PDF

Stapert D.J., 1976b. Some natural surface modifications on flint in the Netherlands. Palaeohistoria 18, 7-41 pp. PDF

Stapert D.J., Wierts L. and Mast K., 1998. De ontmaskering van Tjerk Vermanings vuistbijlen. Groniek 142: Vervalsingen, 61-73. PDF

Stein C.L., 1982. Silica recrystallization in petrified wood. Journal of sedimentary petrology, vol. 52, no. 4, 1277-1282.

Stokes R.B., 1971. The taxonomy, distribution, and evolution of the upper cretaceous echinoid micraster. Thesis submitted for the degree of Ph.D. in the University of London, 469 p. PDF

Swennen R. And Dusar M., 1997. Diagenesis of Late Cretaceous to Paleocene carbonates in the Ruhr valley graben (Molenbeersel borehole, NE-Belgium). Ann. Soc. Géol. du Nord, T. 5 (2éme série), p. 215 -226.

Tinterri R., 2011. Combined flow sedimentary structures and the genetic link between sigmoidal- and hummocky-cross stratification. GeoActa, vol. 10, pp. 43-85.

TNO-GDN, 2023. Geologische Kaart van het Konimktijk der Nederlanden 1 : 600.000. TNO - Geologische Dienst Nederland, Utrecht. 1 kaartblad.

Trautschold G.H.L.H., 1879. Ueber Eluvium. Zeitschrift der Deutschen Geologischen Gesellschaft Band 31 Heft 3, p. 578 - 585.

Umbgrove, J.H.F., 1925. Bijdrage tot de kennis der Stratighaphie, Tektoniek en Petrographie van het Senoon in Zuid-Limburg. Leidse Geologische Mededelingen, 1(1), 254–332. PDF

Van Der Ham R., Indeherberge L., Defour E. and Meuris R., 1983. Zee-egels uit het vuursteeneluvium van Hallembaye (Montagne Saint-Pierre). Staringia, 12, 1, 59 p. PDF

Van der Ham, R.W.J.M., Van Konijnenburg - van Cittert J.H.A., Jagt J.W.M., Indeherberge L., Meurise R,, Deckers M.J.M., Renkens S., and Laffineur J., 2017. Seagrass stems with attached roots from the type area of the Maastrichtian Stage (NE Belgium, SE Netherlands): Morphology, anatomy, and ecological aspects. Review of Palaeobotany and Palynology, Volume 241, pp. 49-69.

Van Hinsbergen D.J.J., de Groot L.V., van Schaik S.J., Spakman W., Bijl P.K. and Sluijs A., 2015. A Paleolatitude Calculator for Paleoclimate Studies. PLoS ONE 10(6): 1 – 21. PDF

Venditti F., Cristiani E., Nunziante-Cesaro S. and Agam A., 2019. Animal residues found on tiny Lower Paleolithic tools reveal their use in butchery. Nature Scientific Reports | 9:13031, 14 p. PDF.

Verbaas A., Houkes R.A., Drenth E and Bloo S.B.C., 2017. KNA-leidraden anorganisch materiaal leidraad 3 vuursteen (alle perioden), 40 p. PDF

Verhart L., 2008. Vuursteenbewerking, in: De steentijd van Nederland (Archeologie nr.11/12), pp. 81-90. PDF

Voigt E., Lafrenz H.R. and Eck J., 1976. Über die chemische Zersetzung von Feuerstein in tertiären Braunkohlensanden. Staringia, Vol 3, pp. 28-31

Voigt E., 1981. Über die Zeit der Bildung der Feuersteine in der Oberen Kreide. Staringia, nr 6, 11 - 16. PDF

Von Buch L., 1828. Über die Silicification organischer Körper nebst einigen anderen Bemerkungen über wenig bekannte Versteinerungen. In: Abhandlungen der Königlichen Akademie der Wissenschaften zu Berlin – aus dem Jahre 1828. Berlin 1831. S. 43–59. PDF.

Vos P. and Kiden P., 2008. De landschapsvorming tijdens de steentijd, in: De steentijd van Nederland (Archeologie nr.11/12), pp. 7-37. PDF

Warrimont J.P. De & Groenendijk K., 1988 (dit nummer): De vondst van een steppeneushoorn (Dicerorhinus hemitoechus) in de Belvédère-groeve te Maastricht. Cranium, 5, 1, pp 16-21.PDF

Warrimont J.P. and Groendijk A.J., 1993. 100 jaar Rullen vuursteen: een kleurrijke vuursteensoort nader bekeken. Archeologie in Limburg 57. 37-46. PDF

Wetzel W., 1913. Über Blauquarz und über Kieselringe. N. Jb. Min. Geol. Palaont. II, 117 - 128. PDF

Willems L., Rodet J., Fournier M., Laignel B., Dusar M., Lagrou D., Pouclet A., Massei N., Dussart-Baptista L., Compère P. and Ek C., 2007. Polyphase karst system in Cretaceous chalk and calcarenite of the Belgian-Dutch border. Z. Geomorph. N. F. 51 3 361–376. PDF

Worm, O., 1655: Museum Wormianum. Amsterdam Elsevier. 389 pp.

Zhang H., Zhan K., Chen Y., Chen G., Zhou X., Liu J., Wu M. and Ni H., 2014. Three dimension Liesegang rings of calcium hydrophosphate in gelatin. J Sol-Gel Sci Technol, 71(3), p. 597–605. PDF

Zijlstra, J.J.P.,1994a. Early diagenetic smectite, glauconite, pyrite, carbonate cement and silica in chalk around the deep burrow of Bathichnus paramoudrae. In book: Sedimentology of the late Cretaceous and early Tertiary (tuffaceous) chalk of northwest Europe, pp.49-60. PDF

Zijlstra, J.J.P.,1994c. Origin and genesis of flint nodule layers in the chalk of the late maastrichtian gulpen formation. In book: Sedimentology of the late Cretaceous and early Tertiary (tuffaceous) chalk of northwest Europe, pp.77-97. PDF

Zijlstra, J.J.P.,1994d. Origin and genesis of glauconitic, pyritic, lithified (hardgrounds) and silicified (flint) layers in chalk. In book: Sedimentology of the late Cretaceous and early Tertiary (tuffaceous) chalk of northwest Europe, pp.99-125. PDF

Zijlstra, J.J.P.,1994e. The relation between hydrodynamics and early diagenetic lithification: hardgrounds of the Maastrichtian tuffaceous chalk of NW Europe. In book: Sedimentology of the late Cretaceous and early Tertiary (tuffaceous) chalk of northwest Europe, pp.127-147. PDF

Zijlstra J.J.P., Brouwers M.H.M.P., Brinkhuis H. and De Boer P.L., 1996. Microfacies analysis of Cretaceous/Tertiary boundary sections in the quarries Geulhemmerberg and Curfs, SE Netherlands. Geologie en Mijnbouw 75: 133-151. PDF